maandag 24 februari 2014

Het is maar wat je hoort...

Toen waren de verhaaltjes opeens weer op he. Of de tijd om ze te typen. Dat kan ook. Iets met werken, werken, opvoeden, MR-van-school-achtige dingen, werken, Olympische Spelen kijken en nog meer opvoeden. Van zulks dus, mocht u het zich afvragen.
Hoe dan ook. Enniewee.

Het kind praat.
De laatste van de drie, bedoel ik. De eerste twee praten al heel lang. En goed ook. Dat wist u al.
Maar nee, de jongste van het stel praat nu ook.
Sinds zijn eerste verjaardag komen er hoe langer en hoe meer verstaanbare woorden uit zijn Koeterwaals.
En sinds kort ook de eerste echte zinnetjes. Nog wel wat staccato en directief, als in van 'Auto sitte' (wat twee dingen kan betekenen: of zelf in de auto gaan zitten of dat een Duplo/Playmobil poppetje wordt gesommeerd in de speelgoedauto te gaan zitten, al dan niet aangevuld met fysiek stimulerend handgebaren. En - omdat z'n motoriek natuurlijk nog niet mega-verfijnd ontwikkeld is - vaak gevolgd door een nee-schuddend hoofd en de uitdrukking 'Pass'. Dan past het niet. De auto en de poppetjes, bedoel ik).

Of - eentje die steeds vaker vol overgave gebezigd wordt - 'Nee, Mij'. Wat natuurlijk zoveel betekent als 'Nee lieve broer/zus/vriend/vriendin/vader/moeder, daarmee was/wilde ik gaan spelen en ik zou het graag weer terug hebben, als ik u niet ontrief'.
Ik kan de vragenlijst van de GGD dus weer gerustgesteld invullen bij de vraag of mijn kind 'al' meer dan 3 woordjes spreekt waarbij 'papa' en 'mama' dan niet mogen worden meegerekend.
Prachtig allemaal.

Momenteel vindt onze Kabouter - zoals we m liefkozend noemen - het ook leuk om bepaalde woorden lekker vaak achter elkaar te zeggen. Bijvoorbeeld zijn favoriete dier: de koe, ofwel Koetje.
En dan lijkt het opeens alsof we hier thuis er een heel ander vocabulaire op na houden.
Probeer maar eens. Koetje-koetje-koetje-k'tje-k'tje...
Ja. Ziet u wel.

Of wat denkt u van deze:
Grote broer en zus gaan naar 'goo' (school..., duh), en hij naar de 'titjes' (kindjes, zoals we het kinderdagverblijf hier thuis noemen).
Als u 'titjes' vaak herhaald, snapt u vanzelf waarom de buurman laatst wat vreemd keek, toen Floris laatst blij luid scanderend de gezamenlijke oprit afliep, op weg naar een nieuwe dag spelen met zijn vriendjes...

vrijdag 7 februari 2014

Grootse vragen

Tijdens het naar-bed-gaan-ritueel - tandenpoetsen, haren kammen, plassen, dat soort werk - verzucht Danaë ineens: 'Mam, ik ga toch maar met J. trouwen'.
'Eh, oh?', reageer ik wat verbaasd. Aan de ene kant door de timing (maar misschien praat dat gewoon wel lekker terwijl je moeder je tanden probeert te poetsen), en aan de andere kant omdat J. bij ons thuis vooral in verhalen over vervelende kindertjes uit de klas figureert.
'Ik dacht dat jij met Y. zou trouwen?', doe ik een poging tot opheldering van deze plotse wending in het liefdesleven van mijn dochter.
Y. moet u weten, is een leuk guitig joch met een leuk brilletje op en vaak wel in voor grapjes. En met Y., zo had Danaë laatst besloten, zou ze gaan trouwen.

'Ja, maar I. (een vriendinnetje van haar) gaat al met Y. trouwen. Dat vind ik helemaal niet leuk. Want ik vind Y. ook leuk. En ik wil ook trouwen. Maar Y. zegt dat hij I. leuker vindt dan mij', zegt ze een piepklein beetje verdrietig.
'Oh jee, ja, euhm', probeer ik een oplossing te bedenken. 'Maar er zijn toch wel meer leuke jongens in je klas? Want je moet alleen maar trouwen met iemand die je echt heel leuk vindt hoor.'
'Ja, die zijn er wel. J2 vind ik ook leuk. Of T.', somt ze op. 'Maar J2 gaat al trouwen met E. En T. Is al getrouwd met S.'
'Tjee, dan blijft weinig over hè?', doe ik meelevend.
'Ja, nou... En daarom trouw ik dan maar met J.', zucht ze. 'Want ik wil wel een jongetje van groep 2, en niet van groep 1.'
'Ho, ho, dat vind ik niet goed hoor', zegt Huisgenoot die ondertussen ook de badkamer is binnen gekomen. 'Je moet alleen trouwen met iemand die je echt heel lief vindt. Waar je echt verliefd op bent, bedoel ik', vadert hij.
'Ja maar...', zucht ze verdrietig. 'Ja, maar... Ik wil wel kindertjes krijgen later... Hoe moet dan dan als ik geen man heb?'

Uiteraard volgt een opvoedkundig verhaaltje van 'meer vissen in de zee' en 'je hebt nog alle tijd' en dat het helemaal niet erg is dat ze nu nog geen man heeft. Dat papa en mama ook 'pas' verliefd werden toen ze 'al' wel 17 waren.
Maar dat kwam pas toen we weer waren bijgekomen van het lachen.